Slaapregressie 24 maanden
Merk je een verandering in de slaap van je peuter van 24 maanden of gaat de middagdut en slaap ‘s nachts moeizamer? Rond de periode van 24 maanden maakt je peuter enkele belangrijke ontwikkelingen door die vaak samenhangen met een slaapregressie. Wat houdt deze 24 maanden slaapregressie precies in en hoe ga je hiermee om?
Slaapregressie kind 24 maanden
De slaapregressie bij 24 maanden komt vooral door een aantal grote mentale ontwikkelingen. Peuters krijgen rond deze leeftijd een eigen wil, leren dat ze een keuze hebben en dat gedrag gevolgen heeft. Deze mentale ontwikkelingen kunnen op 2 manieren een impact op het slaapgedrag hebben:
- Ontwikkelingen kosten veel energie, wat de slaap beïnvloedt.
- Je peuter zoekt bewust de grenzen op en wil niet meer slapen.
‘Twee is nee’ is een veelvoorkomende omschrijving van peutergedrag. Veel kinderen krijgen rond deze leeftijd een duidelijke eigen wil en dit uit zich ook in de slaap. Zo kan het gebeuren dat je peuter van 2 jaar ineens allerlei capriolen uithaalt in bed, dutjes weigert of ‘s avonds niet naar bed wil.
Hoewel deze slaapregressie de 24 maanden slaapregressie wordt genoemd, kan deze zich ook in de loop van het tweede levensjaar ontwikkelen. Ieder kind ontwikkelt zich in zijn eigen tempo en op zijn eigen manier. De ene peuter maakt deze ontwikkelingen bij 24 maanden door, de ander weer bij 2,5 jaar. Daarnaast zie je bij sommige peuters duidelijke signalen van deze slaapregressie, terwijl bij andere peuters deze kenmerken nauwelijks zichtbaar of zelfs afwezig zijn.
Hoe slaapregressie 2 jaar herkennen?
Wat zijn signalen van de 24 maanden slaapregressie? Een slaapregressie is een verandering in het slaapgedrag en dit kan zich uiten op allerlei verschillende manieren. Veelvoorkomende kenmerken bij de slaapregressie bij 2 jaar zijn:
- Vaker wakker zijn
- Vroeg wakker worden
- Dutjes weigeren of niet naar bed willen
- Minder zin in eten hebben
- Hele korte of juist hele lange dutjes
- Hangeriger, huileriger zijn dan normaal
Wat doen bij slaapregressie 2 jaar?
Wat kan je doen als je peuter van 2 jaar ineens slechter gaat slapen? Ons belangrijkste advies is om zo consequent mogelijk te zijn en duidelijkheid te geven. Gooi niet ineens de hele routine om, maar houd alles zoveel mogelijk bij het oude. Als je peuter de grenzen opzoekt, probeer dan niet toe te geven. Dit geldt ook voor de slaap, peuters kunnen op deze leeftijd het idee geven dat ze geen dut meer nodig hebben en veelvuldig nee zeggen. Het beste wat je op zulke momenten kunt doen is consequent zijn en je peuter alsnog in bed leggen.
Peuter 2 jaar slaapt plots slecht: 4 tips
- Houd vast aan een duidelijke routine. Kinderen zoeken op deze leeftijd steeds meer de grenzen op. Juist dan is het belangrijk om vast te houden aan een duidelijk routine en niet te veel toe te geven. Bekijk onze slaapgids met routines voor adviezen en voorbeeld schema’s.
Wil je peuter niet naar bed? Wijk dan alsnog niet te veel af van de normale bedtijd. Een duidelijk slaapritueel kan hierbij helpen. Door de voorspelbaarheid van de gebruikelijke handelingen komt je peuter tot rust en weet hij dat het tijd is om naar bed te gaan. Ook als hij dat nog niet wil. - Stap niet te snel over op een groot bed, ook al is het verleidelijk. De meeste kinderen zijn pas rond de 2,5 – 3 jaar toe aan een peuterbed, omdat ze voor die tijd niet begrijpen dat ze niet uit bed mogen komen. Benieuwd naar het juiste moment om te wisselen van ledikant naar peuterbed? Lees meer over wanneer overstappen naar peuterbed.
- Ook al lijkt je peuter niet moe, leg je peuter toch altijd in bed als het bedtijd is of tijd is voor de middagdut. Rond de 2 jaar heeft je peuter nog veel slaap nodig, helemaal als hij enkele flinke ontwikkelingen doormaakt. Die ontwikkelingen kosten namelijk veel energie. Laat je peuter tijdens de middagdut in bed liggen, ook als hij niet wil slapen. Zo heeft hij toch een rustig moment.
- Bouw de middagdut niet te snel af, ook al geeft je peuter aan dat hij deze niet meer nodig heeft. De meeste peuters hebben tot de leeftijd van 2,5 – 3 jaar nog de middagdut nodig. Wordt jouw peuter heel vroeg wakker? Dit kan te maken hebben met te weinig slaap overdag, bijvoorbeeld omdat het middagdutje wordt overgeslagen. Een veelvoorkomend kenmerk van oververmoeidheid is heel vroeg wakker worden. Lees hier meer over: peuter wordt vroeg wakker.
Advies bij slaapregressie peuter 24 maanden
De slaapregressie bij 2 jaar hangt samen met een aantal belangrijke mentale ontwikkelingen. Veel peuters leren rond deze leeftijd het woord ‘nee’ en zoeken steeds meer de grenzen op. Ons advies is om zo consequent mogelijk te blijven en een duidelijke routine te volgen. Tijdens de 24 maanden slaapregressie is het verleidelijk om de hele routine om te gooien. Het kan lijken alsof je peuter de middagdut niet meer nodig heeft of later naar bed kan, terwijl hij in de praktijk zijn slaap juist nog hard nodig heeft.
Hoewel we begrijpen dat de bedtijd bij peuters een enorme strijd kan opleveren, adviseren wij om zoveel mogelijk vast te houden aan een routine en een herkenbaar slaapritueel te volgen. Deze voorspelbaarheid helpt je peuter een slaapritme te vinden, wat het slaapgedrag kan verbeteren.
Ben je op zoek naar een goede routine voor je peuter van 2 jaar? Bekijk onze slaapgids met voorbeeldroutines met uitgebreide routines voor kinderen van 0 tot 4 jaar. Voor persoonlijk advies is het mogelijk om een telefonisch consult te boeken bij een van onze erkende slaapcoaches. In dit consult kan je jouw slaapprobleem en situatie bespreken en gaan we op zoek naar oplossingen en verbeterpunten.
Leer meer over de slaapregressie van een baby
Als je baby door een slaapregressie gaat, kan het helpen om te weten wat andere slaapregressies inhouden. Lees alles over slaapregressies voor een bredere uitleg en praktische tips die je kunnen helpen met het verbeteren van het slaapgedrag van je baby.
Onze favoriete producten
Gerelateerde slaaptips
Dag- en nachtritme creëren
Baby’s worden geboren zonder dag- en nachtritme en vooral het gebrek aan ritme en de gebroken nachten zijn voor veel ouders ontzettend wennen. Waarom hebben jonge baby’s nog geen dag- en nachtritme en vanaf wanneer ontstaat dit ritme? We leggen het uit in dit artikel én vertellen je hoe je je baby een handje kan helpen met het creëeren van een dag- en nachtritme. Wanneer dag- en nachtritme bij baby? Een belangrijke functie in het menselijke lichaam is de biologische klok. Deze interne klok is onder meer verantwoordelijk voor ons dag- en nachtritme. Dit bioritme duurt ongeveer 24 uur en wordt voor een groot deel beïnvloed door licht en donker. Ons lichaam is zo ingesteld dat we slaperig worden als het donker is en alerter worden door (dag)licht. Bij pasgeboren baby’s is de biologische klok nog niet ontwikkeld, waardoor ze ook nog geen dag- en nachtritme hebben. Dit ritme ontwikkelt zich pas vanaf ongeveer 8 weken na de geboorte. Vanaf dat moment ontstaat er langzaam een dag- en nachtritme, ook wel een slaap- en waakritme genoemd. De ontwikkeling duurt zelf ook zo’n 8 weken en is rond de leeftijd van 4 maanden klaar. Hoe krijgt mijn baby een dag- en
Baby van 9 weken: hoeveel slaap is er nodig
Je baby van 9 weken: hoeveel slaap heeft hij of zij nodig? Hoeveel een baby moet slapen is een belangrijke vraag van veel ouders. En wil je weten hoe je jouw kleine vooral overdag beter kunt laten slapen? We leggen het je uit. Dus merk je dat jouw baby overdag niet wil slapen. Of niet zelfstandig in bed wil slapen? Het zijn lastige situaties, waardoor je ook ’s nachts meer wakker zal zijn dan je misschien lief is. Wij geven je in dit artikel praktische tips. Meer tips vind je ook in onze digitale slaapgids voor baby’s van 0 tot 16 weken. 5 uur slaap voor overdag Je baby van 9 weken zal al meer alert en wakker zijn dan tijdens de eerste paar weken. Het is belangrijk om daar rekening mee te houden. Zorg er overdag wel nog steeds voor dat je voldoende momenten voor slaap plant. Probeer je baby tussen 6:30 uur en 18:30 uur ongeveer 5 uur te laten slapen. Dat kun je verdelen over 3 tot 4 dutjes, waarmee je rekening houdt met de wakkertijd van ongeveer 1,5 uur van je kleine. Je zal merken dat je baby van 9 weken op die manier goed slaapt, waardoor
Slaapregressie 4 maanden
De 4 maanden slaapregressie is de eerste slaapregressie van je baby waar je mee te maken kan krijgen. Het goede nieuws is dat deze 4 maanden sprong tijdelijk is en na een tijdje vanzelf overgaat. Dat neemt niet weg dat deze eerste sprong de slaap van je baby goed kan ontregelen, met alle gevolgen die daarbij horen. Wat is de 4 maanden slaapregressie precies en hoe ga je hier zo goed mogelijk mee om? Slaapregressie baby 4 maanden De slaapregressie bij 4 maanden is de eerste slaapregressie die we kennen. Een slaapregressie is in feite niets meer dan een verandering in het slaappatroon en deze verandering ontstaat meestal door enkele belangrijke fysieke of mentale ontwikkelingen. Ontwikkelingen bij 4 maanden slaapregressie Bij de 4 maanden slaapregressie is het leren (om)rollen de belangrijkste fysieke oorzaak. Je baby is rond deze leeftijd druk bezig met pogingen tot rollen. Wanneer je baby precies gaat rollen kan erg verschillen. De ene baby begint al bij 3-4 maanden, terwijl het bij andere baby’s wat langer duurt. Dit is allemaal heel normaal, maak je dus geen zorgen als je baby wat sneller of langzamer is dan anderen. Naast de fysieke ontwikkeling van het leren omrollen, maken baby’s
Veilig slapen voor je baby: richtlijnen & tips
Baby’s slapen het grootste deel van de dag, in de eerste maanden soms wel 16 tot 17 uur per dag. Je wilt natuurlijk dat je kind goed slaapt, maar nog belangrijker is dat je baby veilig slaapt. Maar hoe zorg je voor een veilige slaapomgeving? In dit artikel vind je de basisrichtlijnen om je baby veilig te laten slapen en we geven ook andere tips die bijdragen aan een veilige nachtrust. Meer een luisteraar? Beluister onze podcast in samenwerking met veiligheidNL waarin we de richtlijnen met nuances bespreken. Waarom is veilig slapen belangrijk? Een veilige slaapomgeving helpt de kans op wiegendood te verkleinen. Wiegendood is een verzamelterm voor kindersterfte in de wieg en deze term wordt gegeven aan alle gevallen waarbij de oorzaak van het plotselinge overlijden niet bekend is. Hoewel het aantal gevallen van wiegendood in Nederland de afgelopen decennia flink is afgenomen, overlijden er jaarlijks nog steeds kinderen in de wieg. Uit recente onderzoeken is gebleken dat er een verhoogd risico op wiegendood is als een drietal factoren tegelijk aanwezig zijn: Kwetsbare baby Kritische periode (baby’s tussen de 0 en 6 maanden) Omgevingsfactoren Het is goed om te beseffen dat we eigenlijk alleen invloed hebben op de omgevingsfactoren.
